Dit verhaal gaat over een jongen genaamd ´Lucas´. Lucas is 8 jaar en woont op een internaat. Door zuurstof gebrek in zijn hersenen, tijdens zijn geboorte, is hij moeilijk opvoedbaar en moeilijk lerend. Zijn vader was snel dronken. Zijn ouders hadden vaak ruzie en zijn gescheiden. Lucas neemt je mee in het dagelijkse leven op het internaat.
Woensdag
Het is woensdagochtend. Lucas heeft zich al aan gekleed en gewassen. Hij gaat naar beneden en gaat op zijn plek aan de eettafel zitten. John schenkt een glas melk voor Lucas in en vraagt aan Lucas of hij lekker heeft geslapen. Lucas knikt ja en pakt een boterham. Hij doet er boterhamworst op, drinkt een glas melk leeg en eet vervolgens zijn boterhammen op. Wie heeft er vanmiddag dienst? vraagt een meisje uit de groep. “Ger en Marleen hebben dienst”, antwoordt John. "Bah, die gemene Marleen is er dan weer", denkt Lucas. Verdrietig dat Marleen er vanmiddag weer is. Lucas vertrekt vervolgens naar school. Vandaag is het woensdag, dus zijn de kinderen vanmiddag vrij van school.
Het is vandaag warmer de afgelopen dagen. Ger gaat vanmiddag met vijf kinderen naar het zwembad. Marleen heeft vandaag dienst, maar ze gaat niet mee en blijft op het internaat. Ger vraagt wie er mee gaat naar het zwembad. " Ikke ikke", roepen vier kinderen door elkaar. Lucas gaat ook mee naar het zwembad. Hij gaat naar boven, maakt zich klaar voor het zwembad en gaat een handdoek lenen. Op de gang komt Lucas Marleen tegen. “Ben je nou nog niet klaar? Ze zitten op jou te wachten slome”, zegt Marleen. “Ja ik ben al klaar”, antwoordt Lucas. Hij vindt het heel vervelend en het doet hem pijn dat Marleen zo gemeen tegen hem doet. Hij gaat naar beneden en met zijn allen lopen ze naar het open lucht zwembad tegenover het internaat.
Je kunt er van alles doen: zwemmen, roeien, waterfietsen, spelen in de speeltuin, hardlopen en zonnen. Lucas gaat spelen in het ondiepe water. Andere kinderen gaan naar het diepe gedeelte van het bad. Ze gaan van de waterglijbaan en springen van de hoge en lage duikplank. Dat durft Lucas niet. Lucas kan wel zwemmen, maar hij is bang in het water als er andere kinderen bij zijn.
Voorzichtig loopt Lucas via de grote trap het ondiepe gedeelte van het zwembad in en zwemt met een plankje. Lucas ziet een jongen in het water springen. Dat zijn die pestkoppen van het internaat. Één van de jongens komt op Lucas af. "Lucas Kucas, Lucas Kucas", roept de jongen naar Lucas. Hij pakt het zwemplankje van Lucas af en gooit het plakje weg. Hij pakt Lucas vast en duwt hem onder water. Lucas spartelt tegen, is bang en komt hoestend en proestend boven. “Rotzak!”, roept Lucas hoestend naar de jongen. De jongen heeft plezier en lacht, omdat hij Lucas zo kan pesten.
De badmeester ziet wat er gebeurd, blaast op zijn fluit en roept: “Ophouden en uit dat water. Laat die jongen met rust!”. De jongen laat Lucas weer alleen en gaat naar het diepe bad. Lucas moet bij komen van dat pesten en gaat aan de kant zitten. Gelukkig heeft de badmeester dit voorval gezien en ingegrepen, anders was die pestkop doorgegaan met pesten. Lucas ziet een grote blauwe bal in het water drijven. Hij gaat het water in, pakt de bal en speelt ermee. Na het spelen en zwemmen in het water gaat Lucas naar de speeltuin. Lekker schommelen, van de glijbaan af en op de trampoline springen. In de speeltuin kijkt Lucas rond. Hij is bang dat hij weer gepest gaat worden, maar de jongens zijn niet in de speeltuin. Hij gaat eerst zo hoog hij kan schommelen, dan ziet hij dat er een trampoline vrij is. Hij gaat er naar toe en gaat trampoline springen. Vervolgens nog een paar keer van de glijbaan af. Ger komt de speeltuin in om Lucas halen. Het is tijd om weer naar de groep te gaan. “Lucas het is tijd. We gaan terug naar de groep”, roept Ger.
Ze zijn op tijd voor het eten terug in de groep. Lucas gaat gelijk naar zijn kamer. Ondanks die pestkop was het toch wel leuk in het zwembad. Als die pestkop er niet was geweest, dan was het nog leuker. Lucas is weer terug in de groep en Marleen heeft dienst. Lucas gaat douchen. Hij vindt het ook onder de douche eng als er water op zijn hoofd komt. Na het douchen loopt hij met een andere jongen naar beneden en gaan ze aan tafel. Marleen zit bij Lucas aan tafel. Ze zit aan het hoofd van de tafel. Ger zit aan de andere tafel. Marleen begint met het opscheppen van het eten. Dit keer begint ze expres aan de linkerkant, zodat Lucas de laatste is die het eten opgeschept krijgt. Eerst wordt er gebeden en dan gaat iedereen eten. Lucas begint te eten. Vandaag staat er braadworst, aardappelen met jus en bloemkool op het menu.
Lucas is niet zo gek op aardappelen, maar de braadworst en de bloemkool smaken goed. Hij eet eerst het vlees, dan de bloemkool en als laatst de aardappelen. Marleen zegt tegen Lucas: “Eet je weer eerst het vlees? Je eet als een klein kind.” Waarop Lucas vervolgens zegt: “Ja, maar ik ben het gewend zo te eten”. Lucas eet altijd langzaam. Geërgerd dat hij nog niet klaar is met eten, trekt Marleen het bord bij hem weg. “Ik ben nog niet klaar”, zegt Lucas. Marleen antwoordt: “We zitten allemaal weer op jou te wachten opa.” Lucas zegt met een tranen in zijn ogen: “Daar kan ik niks aan doen”. Vervolgens beginnen ze aan het toetje.
Vanavond heeft Lucas samen met een meisje afwas- en afdroog beurt. Lucas droogt vanavond af. Zoals met wel meer dingen is Lucas veel langzamer dan een ander. Het meisje dat afwast, is eerder klaar met haar taak dan Lucas. Marleen komt de keuken in en zegt tegen hem: “Ben je eindelijk klaar met afdrogen slome slak. Jij doet echt alles zo langzaam”. Ger gaat naar huis, maar hoort wat Marleen tegen Lucas zegt. Hij vraagt aan Marleen of zij naar het kantoor kan komen. Hij zegt verontwaardigd: “Marleen, hoe jij tegen Lucas doet en wat je tegen hem zegt, kan echt niet. Je vernederd die jongen. Ik ben het er niet mee eens hoe je met hem omgaat. Je zit iedere keer op hem te vitten en uit te schelden. Marleen zegt: “Ja, maar je weet dat Lucas achter loopt in zijn ontwikkeling. Ik probeer van hem een man te maken, zodat hij zich meer gaat gedragen naar zijn leeftijd."Ger antwoordt:“Jij gaat echt te ver. Ik zal dit bespreken in de eerst volgende team bespreking.” Voor Ger zit de dienst er op. Hij pakt zijn spullen en gaat naar huis. Marleen heeft weer slaapdienst. Lucas heeft gehoord wat Ger tegen Marleen heeft gezegd. Hij gaat naar buiten en ziet nog net dat Ger het terrein af rijd.
Lucas moet huilen dat Ger weg is en Marleen weer slaapdienst heeft. Hij mag vanavond geen Sesamstraat kijken. Verdrietig gaat Lucas buiten bij het konijnenhok zitten naar de konijntjes kijken. Marleen roept dat Lucas moet gaan douchen. Hij gaat naar zijn kamertje, pakt een handdoek, zijn pyjama en loopt de gang op naar de douches. Hij komt Leroy tegen. Leroy pakt de handdoek van hem af. “Dat is mijn handdoek!”, roept Lucas. “Nu is die handdoek van mij”, zegt Leroy en loopt naar de douches.
Lucas gaat naar de linnenkamer en pakt een andere handdoek uit het rek. Marleen loopt naar boven. Ze ziet dat Lucas nog niet gedoucht heeft. “Heb jij je nou nog niet gedoucht, slome?”, vraagt Marleen. Lucas antwoord: “Leroy heeft mijn handdoek afgepakt. Mijn pyjama was op de grond gevallen en ik moest een nieuwe handdoek pakken.” “Wat ben je toch weer een klein kind. Ga na het douchen direct naar je kamer”, antwoord Marleen. “Maar ik kan er niks aan doen. Het is Leroy zijn schuld”, antwoord Lucas.
“Ga douchen en daarna gelijk naar je kamer. Ik wil je vanavond niet meer beneden zien”, antwoordt Marleen. Moedeloos dat Lucas straf krijgt voor iets wat niet zijn schuld is gaat hij douchen. Tijdens het douchen hoort hij Leroy lachen. Leroy heeft plezier dat Lucas voor niks op zijn donder heeft gehad en naar zijn kamer moet.
Na het douchen gaat Lucas naar zijn kamer. Hij voelt zich verdrietig. Wederom krijgt hij straf voor iets wat hij niet gedaan heeft. Hij vindt het oneerlijk dat hij op zijn kamer moet blijven en Leroy geen straf krijgt. Lucas loopt naar het raam. Hij kijkt naar de auto's die over de drukke weg langsrijden. Hij zegt tegen zichzelf: “Ik wou dat iemand mij hier weg kwam halen”. Hij blaast op het raam zodat het glas een beetje beslaat. Lucas schrijft in de beslagen plek: “Ik ben het zat. Ik wil hier weg.” Lucas gaat nog even wat spelen op zijn kamer tot dat Marleen komt zeggen dat hij moet gaan slapen. Hij houd in bed zijn pluche knuffel kat stevig vast en zo valt hij in slaap.
Donderdag
Lucas gaat aan tafel op zijn vaste plek zitten. Hij eet eerst een boterham met ham en daarna een boterham met pindakaas. “Zo, ben je daar eindelijk. Iedereen zit al aan tafel en jij bent weer als laatste. Maak eens een keer tempo met eten”, zegt Marleen. Lucas probeert zo snel hij kan de boterham met ham op te eten. Hij wil nog een boterham, maar dan met pindakaas. Marleen ziet dat Lucas nog een boterham wil pakken en zegt: “Je bent nu klaar met eten. Had je maar eerder naar beneden moeten komen”. En ze pakt het bord bij Lucas weg. “Ik wil nog een boterham met pindakaas en een glas melk”, zegt Lucas. “Nee, je krijgt niks meer. Je bent weer zo traag en anders ben je te laat op school”, zegt Marleen.
Vandaag begint de klas met taal, daarna lezen schrijven met als afsluiting van de ochtend dictee. Na de pauze krijgt de klas handenarbeid. De kinderen staan keurig in een lange rij achter elkaar voor de deur van het klaslokaal. De juffrouw doet de deur open en de kinderen lopen naar rechts de gang op. Stilletjes lopen ze in een rij naar het einde van de gang naar het handenarbeid lokaal. Vandaag maken ze collages. Lucas vindt het fijn om te knippen en plakken. Dit geeft hem rust. Na het handenarbeid is het tijd voor de lunch. De kinderen gaan naar de groepen. Vandaag hebben Corrie en Ger dienst. Opgelucht dat Marleen al weg is gaat Lucas aan tafel zitten. Corrie zit bij Lucas aan het hoofd van de tafel en vraagt aan de kinderen hoe het vanmorgen op school is geweest, dit vraagt ze ook aan Lucas. “Eerst taal, en na de pauze hebben we met handenarbeid collages gemaakt”, zegt Lucas en smeert een boterham en doet er een plak kaas op. “Vanmiddag hebben we weer schoolzwemmen”, zegt een ander kind.
Lucas eet zijn boterham met kaas op en vindt het helemaal niet leuk dat er vanmiddag weer schoolzwemmen is. Hij is bang voor water en dat hij door iemand onder water wordt gehouden en dan verdrinkt. Na het eten gaan de kinderen naar boven hun zwem spullen halen en gaan daarna weer naar school. De juffrouw leest eerst nog even voor. Dan lopen ze naar de bus die bij het hoofdgebouw staat te wachten. Ze gaan met de bus naar het zwembad. Tijdens de korte rit naar het zwembad zijn de kinderen druk. Lucas vindt het schoolzwemmen eng. Maar gelukkig gaat juffrouw Loes mee zwemmen en krijgt hij apart zwemles in het ondiepe bad. Na het school zwemmen worden de kinderen met de bus weer terug gebracht naar school. De bus rijdt terug naar school via een smal weggetje. Er staan op de hoek van dit weggetje paaltjes. De meeste kinderen kijken uit het raam en roepen: “JAJAJA!.” Ze hopen dat de chauffeur één van die paaltjes raakt, maar het gaat altijd maar net goed. Dan roepen de kinderen: “Ohhhh jammer!” Want de chauffeur heeft zonder ook maar een paaltje te raken de bus de hoek om gestuurd.
Lucas zit stilletjes in de bus. Hij is moe van de zwemles en is blij dat de zwemles achter de rug is. Eenmaal op school aangekomen, is het pauze. Lucas gaat alleen zitten tekenen. Na de pauze doet de klas oefeningen met Mini Loco en Lucas doet er één met reken oefeningen.
De school is uit en Lucas loopt net als de andere kinderen terug naar de groep. Corrie en Ger zitten in de woonkamer met andere kinderen aan de thee. Lucas neemt ook een kop thee en een koekje. "Wat gaan jullie vanmiddag doen?", vraagt Ger aan alle kinderen. Lucas antwoordt: “Ik ga fietsen op het terrein en naar het bloemen veldje.” Andere kinderen gaan voetballen op het veld en naar het zwembad. Lucas pakt zijn fiets uit de schuur. Deze keer fietst hij eerst naar het bloemen veldje. Daar kan hij lekker alleen zijn. Even niemand om zich heen. Er zijn hier alleen mooie bloemen, vlinders, insecten en vogeltjes in de bomen. Dan fietst hij langs de groep waar hij woont en gaat rechtsaf het pad op.
Lucas ziet twee jongens aan komen lopen. Hij denkt: "Daar heb je die rotzakken weer. Als ze nu maar niks doen." De jongens lopen op Lucas af en geven hem een harde schop tegen zijn been. Hij valt nog net niet van zijn fiets. Lucas roept: “Aaauw, rotzakken niet doen!” Hij voelt aan de zere plek op zijn been. De jongens lachen hard en schoppen Lucas nog een keer.
Corné komt van school aan lopen. Hij ziet dat Lucas een flinke schop tegen zijn been krijgt. Hij loopt er naar toe en zegt: “Kun je wel tegen Lucas? Pak mij maar als je durft. Kom dan, kom dan, als je durft!” De jongens durven niets meer te doen en rennen hard weg naar de groep. Corné is een stevige en sterke jongen en die kunnen ze niet aan. Hij zegt tegen Lucas: “Ik krijg ze nog wel, maak je maar geen zorgen.” Lucas voelt aan de zere plek op zijn been. Het is een flinke blauwe plek. Hij denkt na om het aan de groepsleiding te vertellen? Hij besluit het niet te doen. Corné zal ze wel een keer terug pakken. Lucas heeft er geen vertrouwen in dat de groepsleiding er iets aan zal doen. Lucas wil eigenlijk verder fietsen, maar durft niet zo goed. Hij gaat terug naar de groep, zet zijn fiets in de schuur en gaat naar binnen. Ger vraagt aan Lucas wat er gebeurd is. Lucas antwoordt: “Er niks gebeurd. Ik ben alleen maar gevallen. ”Heb je pijn?", vraagt Ger. “Ik heb alleen een blauwe plek, verder niets.” antwoord Lucas. “Als er iets is dan kun je het mij zeggen”, zegt Ger. “Er is niks”, zegt Lucas en gaat naar de hobbykamer. De hobbykamer is achter de eetkamer. Aan de achterkant van het gebouw. Lucas gaat zitten. Hij gaat wat zitten knippen, plakken en tekenen. Ook hier kan hij alleen zijn.
Na een half uur komt Ger de hobbykamer binnen. Hij zegt tegen Lucas: “ Ik maak me zorgen om jou. Ik denk dat er iets voorgevallen is vandaag. Ik wil met je praten. Je kunt me alles vertellen”. Ger vraagt of hij echt gevallen is met de fiets? Lucas antwoord “Ik ben niet gevallen. Ik heb een trap gehad.” Ger vraagt: 'Wie heeft jou een trap gegeven?' Lucas weet wel wie die jongens waren en in welke groep ze wonen, maar wil daar liever niet openlijk over uitkomen. Ger zegt: “Als je het straks of een andere keer wel wil zeggen, dan mag je mij dat altijd vertellen” Ger laat Lucas weer alleen in de hobbykamer. Lucas gaat verder met tekenen, totdat Ger roept dat het etenstijd is. Lucas staat op en gaat naar de eetkamer en gaat aan tafel zitten. Vandaag eten ze gehaktbal, worteltjes en gekookte aardappelen met jus en als toetje yoghurt. Na het eten gaat Lucas naar de hobbykamer. Hij kijkt naar buiten door het raam. Hij ziet dat Corné de jongen die Lucas getrapt heeft, een flinke trap geeft. Net goed. Eigen schuld dikke bult, denkt Lucas bij zichzelf. Dan had hij mij maar niet moeten trappen. Lucas gaat zitten en nog even tekenen. Dan is het tijd voor Sesamstraat. Hij vraagt aan Ger of hij Sesamstraat mag kijken. “Ja is goed. Jij mag Sesamstraat kijken”, antwoord Ger.
Niemand kijkt televisie en Ger zet de televisie op Nederland 3. Andere kinderen zijn nog huiswerk aan het maken of buiten aan het spelen. Na Sesamstraat kijkt Lucas de Smurfen. Hierna gaat Lucas naar buiten. Hij gaat zitten en kijken naar de konijnen in het hok. Na een tijdje roept Ger, Lucas en andere kinderen die nog buiten zijn naar binnen. Ze moeten gaan douchen, tandenpoetsen en naar bed. Lucas heeft nog en beetje last van de zere plek op zijn been, maar het doet wel minder pijn dan vanmiddag. Lucas ligt in bed, Ger komt nog even voorlezen, stopt Lucas in. En langzaam valt hij in slaap...
Auteur: Pieter-Jan
(Gebaseerd op een waargebeurd verhaal)
Reactie plaatsen
Reacties