Het ‘Surinaams bakboek van Dubois’ - waar onderstaand recept in staat - is momenteel in Nederland uitverkocht. Wij wachten nu op een deeltje van de oplage uit Suriname.
De 8e herdruk van het ‘Groot Surinaams Kookboek’ komt er ook aan!
De verkoop daarvan begint rond 20 juli aanstaande. Ietsje later dan gepland, maar ik had nieuwe informatie ontvangen van een oud-medewerker van de school over wie allemaal aan de totstandkoming van het boek hebben meegewerkt tot aan de verschijningsdatum van de eerste druk in Suriname (1979). Dat is nu allemaal verwerkt in een nieuwe “Ten geleide” voor in de 8e druk.
Over ‘Keksi’ of ‘Bruine koek’: dat is een heerlijke kaneelcake waaraan niet iedereen zich durft te wagen. Net als bij een ‘Eksi kuku’. Dat is niet omdat het beslag zo vreselijk moeilijk te maken is, maar omdat deze koninginnen van de zoete Surinaamse keuken het spieken in de oven tijdens het bakken meestal belonen met … instorten.
Datzelfde grapje zijn zij geneigd met u uit te halen als uw ingrediënten te koud of te oud zijn en ook als de temperatuur van uw oven niet goed is ingesteld. Meet de temperatuur daarom af en toe met een kookthermometer en pas die aan als u een heteluchtoven gebruikt.
De allerbelangrijkste tip om de perfecte Sranan kuku (Surinaamse cake) te bakken, is het geleidelijk aan verlagen van de oventemperatuur (zie onder). Als u dat doet, hoeft u nooit meer (stiekem) bakpoeder te gebruiken.
Nodig:
- 8 eieren
- 120 gram suiker
- 70 gram tarweblom
- 100 gram roomboter
- 20 gram amandelmeel (fijngemalen zoete amandelen)
- 1-2 eetlepels kaneelpoeder
- 1 zakje vanillesuiker of 1-2 theelepels vanille-essence
- 50 ml. bruine rum
- Suikermuisjes (of gesnipperde amandelen).
Optioneel: 150 gram in bruine rum geweekte krenten en rozijnen, 50 gram fijngesneden gekonfijte vruchten (sukade, papaja of ananas).
De conventionele oven voorverwarmen op 160*C.
(Voegt u de krenten, rozijnen en fijngesneden vruchten toe, verwarm de oven dan op 250*C. Het beslag is met vruchten veel zwaarder dan zonder en daarom moet u het beslag even goed laten schrikken als de springvorm in de oven wordt geplaatst. Na 10-15 minuten de temperatuur langzaam aan verlagen naar 160*C.)
Zo maakt u deze kuku:
- De boter smelten en laten afkoelen. (Evenveel spijsolie gebruiken kan ook)
- De binnenkant (randen en bodem) van een bakvorm van 24 cm doorsnede goed invetten. Naar wens een passend stuk bakpapier op de bodem leggen en dat ook invetten. (Dat doe ik altijd)
- De blom boven een beslagkommetje zeven en met de kaneel vermengen.
- De eieren in een grote beslagkom schuimig klutsen (handmixer 54 minuten, keukenmachine 30 min.). Tijdens dit proces (een van) de smaakjes, suiker(s) en 2-3 eetlepels rum in een straaltje (of naar smaak) toevoegen.
- Daarna de blom bij beetjes door het beslag vouwen met een houten spatel.
(Naar wens nu de vruchten erdoor spatelen. Deze eerst laten uitlekken en met wat blom bestrooien).
- De boter of olie via de rand in een straaltje erbij gieten en dat er snel - maar toch voorzichtig - doorheen spatelen.
- Het beslag in de springvorm schenken.
- Deze 60 minuten op een rooster in het midden van de oven plaatsen.
Let op: De ovendeur tijdens het bakken niet openen!!
- Na de baktijd de oventemperatuur 6 x elke 5 minuten met 20*C graden verlagen. Zet daarna de oven uit.
- De springvorm uit de oven nemen, de bovenkant afdekken met aluminiumfolie en de koek zo volledig laten afkoelen.
Tot slot besprenkelen met rum of gesmolten boter en bestrooien met Suikermuisjes (of gesnipperde amandelen)
© Foto en recept: Diana Dubois, uitgever van ondere andere het “Wat de Surinaamse pot schaft (de herdruk uit 1939)”, het “Surinaams bakboek van Dubois” en het “Groot Surinaams Kookboek”.
Reactie plaatsen
Reacties